Een duinlandschap wordt gevormd onder invloed van wind en plantengroei. Lees hieronder meer over de duinen van Grenspark Kalmthoutse Heide en de kenmerkende flora en fauna die je er vindt.
Ze zijn prachtig, de duinmassieven als Hazenduinen, Kriekelareduinen, Kambuusduinen en Wilgenduinen. Ze zijn bovendien waardevol: internationaal wordt hun natuurwaarde erkend. “Landduinen met buntgras en struisgras” is zelfs één van de speciale biotopen die behouden moet blijven volgens de Europese Habitatrichtlijn. De laatste jaren dreigt het unieke stuifzandlandschap te verdwijnen door een verhoogde stikstofaanvoer. Het gevolg? De open zandvlaktes groeien dicht en evolueren naar droge heide. Met goed beheer voorkomen we dit: het zand mag niet ‘vast’ komen te liggen!
Met de hulp van het Europese LIFE fonds werd tussen 2006 en 2011 in de omgeving van Paalberg gewerkt aan duinherstel, het zogenaamde HELA project. Omringend bos werd gekapt: zo kreeg de wind meer ruimte. Op veel plekken werden plagwerken uitgevoerd, waardoor flora en fauna zich op nieuwe open plekken kon ontwikkelen. Een duinlandschap ontstaat in verschillende opeenvolgende stadia. Het resultaat is een mozaïek van kaal zand, mossen, grassen en struikhei. Die mix heeft ook een typische mix aan planten en dieren tot gevolg.
Ruig haarmos, heidespurrie en schapengras: fascinerende namen voor bijzondere planten die je tegenkomt in de duinlandschappen van Grenspark Kalmthoutse Heide.
In open zand heerst een extreem microklimaat: bij grote zomerhitte loopt de temperatuur op tot soms wel 50°C, ’s winters is het er juist bar koud. Zand houdt bovendien geen water vast. Logisch dus dat slechts ‘specialisten’ hier groeien. Pioniers van het open zand zijn vooral buntgras, ruig haarmos, zandzegge en heidespurrie.
De twee grassen die aan het begin staan van het duinlandschap zijn buntgras en zandzegge.
Buntgras vormt eerst kleine polletjes van grijsgroene spitse blaadjes. Om nieuwe scheuten te maken, moet het steeds opnieuw door zand overstoven worden. De zandzegge boort zijn meterslange wortelstokken door de losse bodem tot daar waar hij voldoende vocht vindt. Als deze twee het zand een beetje hebben ‘vastgelegd’, verschijnen mossen, korstmossen en grassen zoals schapengras, vroeghaver en struisgras. Wanneer het zand stopt met stuiven kan ook struikhei er groeien.
Een aantal insecten heeft zich aangepast aan het leven in het barre en droge milieu van de open zandvlaktes: van de zandloopkever tot graafwespen en -bijen.
Extreme hitte of flinke kou: niet elk beestje is opgewassen tegen zulke extremen. Gelukkig kan de zandloopkever bij onraad opvliegen en weer neerstrijken. Dat doet hij dan ook regelmatig. Bij mooi weer zijn spinnen- en rupsendoders, graafwespen en graafbijen druk aan het werk in de kale bodem. Ook de larve van de mierenleeuw zien we hier, die een trechtervormig kuiltje graaft waarin hij wacht tot er een mier voorbij komt. In dit biotoop fladdert ook de heivlinder rond: hij zet zijn eitjes af op korte grassen tussen kaal zand en de larven verpoppen in een holletje in de bodem.
Onverwacht voor veel bezoekers is het feit dat ook padden in deze duinen leven. Meer specifiek: de rugstreeppad. Overdag graaft hij zich in het losse zand in. Vooral ’s morgens zie je zijn sporen, want ’s nachts zoekt hij naar voedsel.
Meld je hier aan voor onze nieuwsbrief ‘Wissels’ en ontvang interessante updates over het Grenspark.
Volg ons
© Grenspark Kalmthoutse Heide | Privacy – Disclaimer
Website door Kornuiten.com
Met dank aan (natuur)fotografen Marc Slootmaekers, Fred Severin, Dick van Dop en Rudi Delvaux voor het ter beschikking stellen van hun foto’s.