Het Grenspark wordt gekenmerkt door veel uitgestrekte en relatief jong bossen. Met name aan de Nederlandse zijde zijn grote naaldbossen te vinden, maar ook voor prachtige parkbossen zit je hier goed. Lees hieronder meer over de flora en fauna in het bosgebied van Grenspark Kalmthoutse Heide.
Veel van de bossen in het Grenspark zijn ontstaan in de negentiende eeuw. Toen werden veel heidegronden verkocht aan particulieren die er boomsoorten plantten. Dat deden ze omdat deze beplanting goed overleefde op de schrale heidebodem én als inkomstenbron: de bomen leverden al vrij snel goed hout dat ze verkochten aan de industrie. Als brandstof bijvoorbeeld, maar ook als stutbalken voor de mijngangen van de steenkoolmijnen. In Ossendrecht en Putte groeiden de grove den, Corsicaanse den en de zeeden om die reden rijkelijk. Ook nu nog zijn er een aantal productiebossen te vinden in het gebied.
De mooie oude beukenlanen van parkbos Ravenhof-Moretusbos en van sommige landgoederen in en rondom het gebied zijn niet bedoeld voor de kap, maar om van te genieten. De imposante beuken en dichte begroeiing van rhododendrons zorgen samen voor een schilderachtig geheel. In veel bossen van het Grenspark wordt gestreefd naar een natuurlijker bosbeeld, waarin de menselijke hand minder zichtbaar is. Maar hoe pak je dat aan? Op bepaalde plekken wordt bij de noodzakelijke dunningen bijvoorbeeld het loofhout gespaard ten opzichte van het naaldhout. En door open plekken in het bos te maken, bieden we meer groeiruimte voor een rijkere kruid- en struiklaag. Op deze wijze worden exotische soorten vaker bestreden, zodat de groeikansen voor inheemse struiken en bomen toenemen. Dood hout wordt juist minder vaak verwijderd: veel organismen in het bos zijn hiervan afhankelijk.
Van dennen tot loofbomen en van bosbessen tot diverse paddenstoelen: in de bossen van Grenspark Kalmthoutse Heide ontdek je een diversiteit aan flora. We zetten ze voor je op een rij.
De grove den, Corsicaanse den en zeeden spelen de hoofdrol in de bossen van het Grenspark. Hoe kan je ze onderscheiden? De zeeden heeft opvallend lange, stijve grijsgroene naalden, maar nog opvallender zijn de grote glanzende bruine kegels van de boom. De Corsicaanse den heeft eveneens grijsgroene naalden. Die zijn fors, maar minder lang dan die van de zeeden. De kegels van deze den zijn geelbruin van kleur. Wat echter het meeste opvalt bij deze boom is de donkere, zwartbruine stam. De (inheemse) grove den tot slot, is te herkennen aan zijn roodbruine takken en bovenstam. Zijn blauwgroene naalden zijn kort, net als zijn grijsbruine kegels.
In de oudere bossen van het Grenspark – de bossen die niet als productiebossen zijn aangeplant – is inheems loofhout te vinden. Dit zijn bomen zoals de berk, zomereik, spork en lijsterbes. In het parkbos staan de grove den, zomereik en beuk naast elkaar en vormen zo een mooie mix. Na de opknapbeurt in 1997 werden diverse bomen gerooid en woekerende planten verwijderd, waardoor er weer meer open plekken kwamen. Op die open plekken – en in de ondergroei van het parkbos – vinden we de berk, spork, lijsterbes, maar ook hulst en bramen. Langs de oevers (van de Ravenhofbeek) zie je weer andere begroeiing, met dubbelloof en brede en smalle stekelvaren. De kruidlaag bestaat vooral uit pijpenstrootje of bochtige smele, met struikhei op de grotere open plekken in het bos. En als je geluk hebt dan loop je hier in de zomer of herfst tegen bosbessen aan. In het najaar speur je hier naar paddenstoelen, die in groten getale in de bossen aanwezig zijn. Herken jij de soorten? Je vindt hier porseleinzwam, braakrussula, amathistzwam, eikenbladzwammetje en tonderzwam op oude, dode bomen.
Wist je dat er maar liefst vijf soorten spechten in het Grenspark te vinden zijn en dat je hier een grote kans hebt om uilen te spotten? Het is dus niet vreemd dat Grenspark Kalmthoutse Heide is aangeduid als Vogelrichtlijngebied. Lees hieronder meer over de rijkdom aan fauna in de bossen van het Grenspark.
Het hele Grenspark is aangeduid als Vogelrichtlijngebied, maar een aantal vogelsoorten zijn vooral gebonden aan het bos. De wespendief en zwarte specht bijvoorbeeld. Naast de zwarte specht zijn er nog vier spechtsoorten te spotten: de groene specht, de grote bonte specht, de kleine en de middelste specht. Ook uilen behoren tot de vaste bewoners van de bossen. Vooral ‘s avonds maakt je kans op het spotten van de bosuil, die zowel in loof- als naaldbossen te vinden is. De ransuil is iets kleiner van stuk en herken je aan zijn oorpluimen en oranjegele ogen. Andere roofvogels die je hier kunt zien zijn de havik, buizerd, sperwer en wespendief. Ook onder de zangvogels vinden we typische bewoners van het dennenbos, zoals kuifmees, zwarte mees, bonte vliegenvanger, gekraagde roodstaart en fluiter.
Specifiek de oude laanbomen in het parkbos zijn belangrijk voor andere vliegers: de rosse vleermuis, dwergvleermuis, laatvlieger en gewone grootoorvleermuis bijvoorbeeld. Vogels die hier graag nestelen zijn de boomklever, zomertortel, zwartkop, tuinfluiter en zanglijster. Genoeg te spotten dus!
Onder de zoogdieren in het bos is de eekhoorn het beste vertegenwoordigd, maar ook voor de ree, vos, bosmuis, wezel, hermelijn en bunzing zijn de bossen van Grenspark Kalmthoutse Heide hun thuis. Bijzonder: de zeldzame boommarter is hier aan een opmars bezig! Opvallend zijn eveneens de koepelvormige nesten van de rode bosmier, die vooral te zien zijn langs zonnige bosranden.
Erg veel dieren leven graag in de overgangszones tussen bos en heide, daarom zijn deze overgangen steeds geleidelijker opgebouwd: zo is er voor iedereen genoeg ruimte om zich in dit gebied te nestelen.
De laatste jaren wordt veel geïnvesteerd in de bestrijding van exoten, ten gunste van inheemse beplanting. Lees er hieronder meer over.
In het hele Grenspark wordt flink geïnvesteerd in de bestrijding van exotische beplanting zoals de Amerikaanse vogelkers en rhododendron. Dit om de inheemse beplanting meer ruimte te geven.
De Amerikaanse vogelkers werd ooit aangeplant vanwege zijn snelverterend blad: het moest de schrale bosbodem verbeteren. Op de landgoederen diende hij als beschutting voor jachtwild. Het nadeel? Doordat hij zich zo snel uitzaait en alles overwoekert, verdringt hij inheemse bomen en struiken.
De rhododendron – een prachtige bloeier – werd vooral op de landgoederen als sierstruik aangeplant in de 18e en 19e eeuw. De nadelen van deze plant? Ook deze struik verspreidt zich vlot door zaad en worteluitlopers. Bovendien vormden de afgevallen bladeren een dikke strooisellaag waarin niets ontkiemt.
Meld je hier aan voor onze nieuwsbrief ‘Wissels’ en ontvang interessante updates over het Grenspark.
Volg ons
© Grenspark Kalmthoutse Heide | Privacy – Disclaimer
Website door Kornuiten.com
Met dank aan (natuur)fotografen Marc Slootmaekers, Fred Severin, Dick van Dop en Rudi Delvaux voor het ter beschikking stellen van hun foto’s.